Roepgedrag bij personen met dementie
Onder
roepgedrag wordt verstaan : krijsen, gillen, huilen, grommen, luid
repetitief praten,...
Deze
gedragsstoornis komt bij ongeveer 30% van de bewoners met dementie
tot uiting.
Het
wordt aanzien als één van de meest belastende gedragingen voor
hulpverleners en medebewoners.
Dit
vocaal storend gedrag is een zeer grote stressfactor voor de directe
omgeving van de persoon met roepgedrag.
Waarom
roepen deze personen? Het antwoord hierop is niet zo eenvoudig.
Het
gaat over een combinatie van verschillende factoren : de cognitieve
degeneratie, afnemende communicatiemogelijkheden, een groter sociaal
isolement en een verkeerd aanbod van prikkels zijn de “triggers”
die roepgedrag uitlokken.
Als
je daar over nadenkt is dit niet zo raar. Iemand die niet meer kan
zeggen wat er met hem aan de hand is zal zich uiten door te roepen (
krijgt hij aandacht mee), door de afnemende communicatie
mogelijkheden zal iemand ook sneller in een sociaal isolement
verzeilen waardoor hij zich eenzaam en alleen voelt.
Spijtig
genoeg worden deze personen net vaak ontwijkt en geïsoleerd van de
omgeving omwille van hun roepgedrag.
Deze
mensen worden vaak op hun kamer gezet omdat ze de anderen storen en
agiteren.
Nochtans
geloof ik er in dat mensen met roepgedrag net gebaat zijn bij sociaal
contact.
Rustgevende
muziek, liedjes zingen, lichamelijk contact in de vorm van een
massage of een snoezel sessie zijn net de prikkels die zij nodig
hebben.
Deze
mensen zijn vooral gebaat bij rustige en relaxerende activiteiten.
En
het mag raar klinken maar iets om te eten geven helpt ook het
roepgedrag te stoppen.
Wij
geven onze “roepers” vaak een lolly , doordat zij zich
concentreren op het likken aan de lolly, stopt het roepgedrag.
Uiteraard
houd je altijd een oogje in het zeil als je iemand een lolly geeft!
En
op die manier kan je effectief aan de slag gaan met storend vocaal
gedrag.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten