zaterdag 7 februari 2015

Roepgedrag bij personen met dementie

Onder roepgedrag wordt verstaan : krijsen, gillen, huilen, grommen, luid repetitief praten,...
Deze gedragsstoornis komt bij ongeveer 30% van de bewoners met dementie tot uiting.
Het wordt aanzien als één van de meest belastende gedragingen voor hulpverleners en medebewoners.
Dit vocaal storend gedrag is een zeer grote stressfactor voor de directe omgeving van de persoon met roepgedrag.
Waarom roepen deze personen? Het antwoord hierop is niet zo eenvoudig.
Het gaat over een combinatie van verschillende factoren : de cognitieve degeneratie, afnemende communicatiemogelijkheden, een groter sociaal isolement en een verkeerd aanbod van prikkels zijn de “triggers” die roepgedrag uitlokken.
Als je daar over nadenkt is dit niet zo raar. Iemand die niet meer kan zeggen wat er met hem aan de hand is zal zich uiten door te roepen ( krijgt hij aandacht mee), door de afnemende communicatie mogelijkheden zal iemand ook sneller in een sociaal isolement verzeilen waardoor hij zich eenzaam en alleen voelt.
Spijtig genoeg worden deze personen net vaak ontwijkt en geïsoleerd van de omgeving omwille van hun roepgedrag.
Deze mensen worden vaak op hun kamer gezet omdat ze de anderen storen en agiteren.
Nochtans geloof ik er in dat mensen met roepgedrag net gebaat zijn bij sociaal contact.
Rustgevende muziek, liedjes zingen, lichamelijk contact in de vorm van een massage of een snoezel sessie zijn net de prikkels die zij nodig hebben.
Deze mensen zijn vooral gebaat bij rustige en relaxerende activiteiten.
En het mag raar klinken maar iets om te eten geven helpt ook het roepgedrag te stoppen.
Wij geven onze “roepers” vaak een lolly , doordat zij zich concentreren op het likken aan de lolly, stopt het roepgedrag.
Uiteraard houd je altijd een oogje in het zeil als je iemand een lolly geeft!
En op die manier kan je effectief aan de slag gaan met storend vocaal gedrag.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten