zondag 15 februari 2015

Op bezoek in de geriatrie

Nieke, een dame van bij mij op de afdeling is sedert enkele dagen opgenomen op de geriatrische afdeling van een algemeen ziekenhuis omwille van maagklachten.
Nieke heeft geen familie of kennissen meer die haar kunnen bezoeken.
Daarom heb ik het op mij genomen om haar regelmatig te bezoeken.
Telkens ik daar kom , krijg ik een ongemakkelijk gevoel over mij.
Ik hoor vanuit verschillende kamers mensen roepen om hulp zonder dat daar enige reactie op komt.
En als er dan al eens een verpleegster komt dan hoor ik dat het dik tegen haar zin is “ waarom roept ge nu weer” , “ als uw kinderen hier zijn dan is er met jou niks aan de hand, dan ben je springlevend”.
En dan denk ik bij mezelf, inderdaad zuster, ge slaagt de nagel op de kop zonder dat je het zelf beseft.
Mensen die een ganse dag tussen vier muren liggen zonder enige prikkel gaan “vervelend” gedrag vertonen, mij lijkt dit niet zo abnormaal.
Afleiding en de juiste prikkels is nu net de zorgvraag van een persoon met dementie.
Ook bij Nieke merk ik een groot verschil tussen het begin en het einde van mijn bezoek.
Ik haal Nieke uit bed, ga met haar een wandelingetje doen, een colaatje drinken, ik vertel haar van alles en nog wat en dan merk ik dat Nieke veel alerter begint te reageren en dat het “apathisch” gedrag doorbroken wordt.
En voor ik het weet, ben ik bezig met een aantal mensen met dementie te animeren daar op die afdeling.
Ik maak domme grapjes, zing liedjes, vertel verhaaltjes,...tot groot plezier van die mensen.
Het is opmerkelijk dat de juiste prikkels zorgen voor een totaal ander gedrag. Mensen die beziggehouden worden, het gevoel hebben van met respect en toewijding benaderd te worden gaan zich daar ook naar gedragen.
En als het bezoekuur ten einde loopt, vertrek ik daar altijd met een dubbel gevoel, blij dat ik toch voor een tweetal uurtje iets wezenlijks heb kunnen doen en verdrietig omdat ik weet dat alles weer in hetzelfde negatieve patroon als voorheen zal verlopen.
En op weg naar huis denk ik dan, wij zijn goed bezig op Joostens.
En dat geeft me volop energie om morgenvroeg weer voor de volle 100% ertegenaan te gaan!

zaterdag 7 februari 2015

Roepgedrag bij personen met dementie

Onder roepgedrag wordt verstaan : krijsen, gillen, huilen, grommen, luid repetitief praten,...
Deze gedragsstoornis komt bij ongeveer 30% van de bewoners met dementie tot uiting.
Het wordt aanzien als één van de meest belastende gedragingen voor hulpverleners en medebewoners.
Dit vocaal storend gedrag is een zeer grote stressfactor voor de directe omgeving van de persoon met roepgedrag.
Waarom roepen deze personen? Het antwoord hierop is niet zo eenvoudig.
Het gaat over een combinatie van verschillende factoren : de cognitieve degeneratie, afnemende communicatiemogelijkheden, een groter sociaal isolement en een verkeerd aanbod van prikkels zijn de “triggers” die roepgedrag uitlokken.
Als je daar over nadenkt is dit niet zo raar. Iemand die niet meer kan zeggen wat er met hem aan de hand is zal zich uiten door te roepen ( krijgt hij aandacht mee), door de afnemende communicatie mogelijkheden zal iemand ook sneller in een sociaal isolement verzeilen waardoor hij zich eenzaam en alleen voelt.
Spijtig genoeg worden deze personen net vaak ontwijkt en geïsoleerd van de omgeving omwille van hun roepgedrag.
Deze mensen worden vaak op hun kamer gezet omdat ze de anderen storen en agiteren.
Nochtans geloof ik er in dat mensen met roepgedrag net gebaat zijn bij sociaal contact.
Rustgevende muziek, liedjes zingen, lichamelijk contact in de vorm van een massage of een snoezel sessie zijn net de prikkels die zij nodig hebben.
Deze mensen zijn vooral gebaat bij rustige en relaxerende activiteiten.
En het mag raar klinken maar iets om te eten geven helpt ook het roepgedrag te stoppen.
Wij geven onze “roepers” vaak een lolly , doordat zij zich concentreren op het likken aan de lolly, stopt het roepgedrag.
Uiteraard houd je altijd een oogje in het zeil als je iemand een lolly geeft!
En op die manier kan je effectief aan de slag gaan met storend vocaal gedrag.